CO2-reductie is geen item voor industrie
Ondanks alle aandacht is elektrische mobiliteit een – zo heet dat tegenwoordig – dingetje. Zeg maar ding. Voor wie zich afvraagt waarom er zo weinig elektrische auto’s op de markt zijn of zelfs komen, leg ik het graag nog een keertje uit. De vraag krijg ik zo ongeveer dagelijks. Mij verbaast het absoluut niet, maar de gemiddelde consument heeft er geen flauwe notie van wat zich afspeelt in AutoLand.
Fabrikanten die mobiele producten op de markt brengen kun je onderverdelen in drie simpele varianten:
- productie met brandstofmotoren;
- productie met brandstof- en/of elektrische motoren;
- productie met elektrische motoren.
Deze drie soorten fabrikanten maken producten waar ze geld mee verdienen. Liefst zoveel mogelijk. Dat is niet alleen logisch, maar nodig ook.
Als je decennia lang miljoenen auto’s bouwt volgens een bepaalde productiemethode en daarmee succes hebt, dan ben je niet erg enthousiast als daar vroeg of laat een eind aan dreigt te komen. Sterker nog, je werkt het tegen omdat je totaal geen zin in hebt in verandering. Never change a winning team. Vergelijk het maar met de mededeling dat je baan er op termijn niet meer is en dat je iets anders moet gaan doen. Iets anders waar je geen zin in hebt omdat je er minder geld voor krijgt. No way, denk je dan terecht.
Waarom autofabrikanten dan wél?
Omdat verandering pure noodzaak is?
Natuurlijk is verandering pure noodzaak. We moeten elektrisch gaan rijden en dat gaat het per saldo ook worden. De rekening wordt gepresenteerd aan de autobranche in de volle breedte. Wie autotechneut wil worden, heeft over twintig jaar niets meer aan wat hij nu leert. Dat wordt continu bijscholen en wie garandeert dat salarissen hetzelfde blijven?
Autobedrijven, toch al bang voor continuïteit van dealerschappen, moeten producten gaan verkopen die nauwelijks onderhoud vragen. Want een elektrische auto is een rijdende computer met een stofzuigermotor die nooit stuk gaat. Lekker verdienmodel.
Autofabrikanten dreigen met massa-ontslagen als ze gedwongen worden om uitsluitend elektrische auto te gaan maken. Alleen in Duitsland werken er al 800.000 mensen in de autobranche. Elektrisch rijden kan de samenleving ontwrichten.
Wat moeten we dan?
Het antwoord is… waterstof!
Waterstof? Dat is ook elektrisch rijden, maar dan met veel onderdelen. Precies wat autofabrikanten willen. Onderdelen gaan stuk, auto’s vragen onderhoud en oliemaatschappijen kunnen de raffinaderijen volop waterstof laten produceren. Te koop bij de gewone tankstations of (nieuw te bouwen) waterstoftankstations. In Duitsland bouwen ze zich een ongeluk aan die stations en kun je nu al kris-kras door het land op waterstof.
En intussen brengen autofabrikanten liefst duurdere elektrische auto’s uit, beloven ze van alles via conceptmodellen en bereiden ze zich voor op de waterstoftoekomst die aandeelhouders wél tevreden houdt.
En Tesla? Elon Musk heeft niets te maken met een verdienmodel dat is gebaseerd op brandstoftechnologie. Hij produceert elektrische auto’s en na héél veel jaren maakt hij eindelijk nog winst ook. Elektrische auto’s in het duurdere segment, dat wel. Maar ja, een Hyundai Kona Electric is ook maar een gewone Kona met een accu van twintig mille.
En twee dingen zijn zeker
Het wordt waterstof en de autobranche heeft geen haast
En intussen brengen autofabrikanten liefst duurdere elektrische auto’s uit, beloven ze van alles via conceptmodellen en bereiden ze zich voor op de waterstoftoekomst die aandeelhouders wél tevreden houdt.
En Tesla? Elon Musk heeft niets te maken met een verdienmodel dat is gebaseerd op brandstoftechnologie. Hij produceert elektrische auto’s en na héél veel jaren maakt hij eindelijk nog winst ook. Elektrische auto’s in het duurdere segment, dat wel. Maar ja, een Hyundai Kona Electric is ook maar een gewone Kona met een accu van twintig mille.
De transitie naar elektrisch rijden wordt een transitie naar waterstof. Kleine autootjes blijven batterijkarretjes, de grotere worden waterstofauto’s. Ze staan allemaal in de startblokken, maar haast heeft de autobranche niet. Dat is begrijpelijk, al is de transitie er niet bij gebaat en het klimaat al helemaal niet.